Video's

  • De pers over Ik ben opgevoed als ezel

    Discussie over rol Marokkaanse vaders

    Een sterk verkorte en enigszins aangepaste versie van het essay van Mohammed Benzakour is op 7 januari 2011 verschenen in de NRC. Het artikel uit de NRC is hier te lezen.
    Op Joop.nl zijn diverse reacties op het verhaal van Benzakour geplaatst.

    Ook het essay van Rabiaa Bouhalhoul, lid van de Initiatiefgroep Opvoeden is een gesprek, gaat over deze discussie.

     

  • Waaier Hoor me dan, zie me dan

    Een kleurrijke waaier met uitspraken, gedichten, vragen en adviezen van jongeren uit Rotterdam over de vraag waarom zoveel jongeren ophouden met school nog voor ze een diploma hebben.
    De waaier is een tussenproduct van het project Je Weet Zelluf en is bedoeld om met andere jongeren, ouders, docenten en schoolleider verder te praten over wat er anders en beter kan.
    Op basis van de gesprekken die de jongeren uit Rotterdam komende weken gaan voeren op het Zadkine en enkele VMBO scholen op Zuid, brengen zij begin december een eindadvies uit.
    Binnenkort volgt meer informatie over de datum en de plek waar dit advies gepresenteerd zal worden.
    De waaier is voor € 7,50 te bestellen. Als je zelf aan de hand van de waaier in gesprek gaat op een VMBO of MBO school, vinden we het leuk om te horen wat de reacties zijn. 

  • Ik weet het

    Je kunt bij het schrijven van een artikel aangeven bij welk project het wordt weergegeven. Deze dus bij je weet zelluf

  • Wij willen de zelforganisaties iets teruggeven


    Saskia Duijs en Margreet ZickardtInterview met producent Margreet Zickhardt, Markant Amsterdam-Zuidoost
     
    “Ik had hier en daar al wel eerder van AMWAHT gehoord, maar ik maakte pas echt kennis met AMWAHT tijdens de intentie conferentie in Utrecht waar werd gepeild of er belangstelling was voor de opleiding in andere steden. Ik was daar met Saskia Duijs van Stichting Samenwonen-Samenleven. Saskia en ik waren al bezig met na te denken over hoe je mantelzorgers in zelforganisaties kunt ondersteunen. Wij zaten ook aan een training te denken.
    Dus wij naar die AMWAHT bijeenkomst om te horen hoe die training er uit ziet. En daar waren we enthousiast over.
     
    Maar onze insteek in Zuidoost is een beetje anders. Er komen een heleboel mensen op het mantelzorgspreekuur van loket Zorg en Samenleven, maar er zijn natuurlijk ook heel veel mantelzorgers die niet komen, die zich niet herkennen in het woord, die zorgen ook heel vanzelfsprekend vinden en dus niet bedenken dat daar misschien wel ondersteuning voor is. Die mensen komen niet in beeld, ook niet bij zelforganisaties. AMWAHT leidt mensen toe naar betaald werk, maar onze insteek is: hoe kunnen we zelforganisaties en mantelzorgers uit die zelforganisaties ondersteunen en versterken. Het zijn, net als bij AMWAHT, mantelzorgers die iets gaan doen voor mantelzorgers. Maar dan binnen de zelforganisaties. Het idee is om het terug te geven aan de zelforganisaties. Maar werken buiten de zelforganisatie, al dan niet betaald, kan er natuurlijk nog altijd uit voort komen.
     
    Na die AMWAHT-presentatie hebben Saskia en ik een plan gemaakt dat veel dichter tegen AMWAHT aanzat dan nu, maar dat werd afgekeurd door het stadsdeel. Niet zozeer inhoudelijk, maar wel qua geld. Daar hadden we een slecht gevoel over, om opeens niet meer verder te gaan. Want we waren al een hele tijd bezig met die zelforganisaties. Toen hebben we gekeken: kunnen we het kleiner maken en het – wat Markant betreft – ten dele uit de gangbare subsidie doen. Dat was dus wel een beetje proppen en omvormen. De opleiding ziet er nu zo uit: Om te beginnen doen we de cursus ‘De zorg de baas’. In ‘De zorg de baas’ zijn mantelzorgers samen bezig met verschillende thema’s die te maken hebben met mantelzorgen; zoals grenzen trekken, hulp durven vragen, doe ik nog wel eens leuke dingen voor mijzelf? Het is het lotgenotengebeuren en nadenken over jezelf. Na ‘De Zorg de baas’, doen we nog een overstijgend deel, vijf, zes keer, waarin het gaat over: hoe ga jij straks je ervaringsdeskundigheid inzetten, bijvoorbeeld binnen de zelforganisatie?
     
    Het lastigste? De financiering. Als die moeizaam gaat, gaat alles zo slepen. Het is slecht voor de voortgang en voor het contact dat je met mensen hebt. Je wilt samen iets gaan doen en dan zit je met dat gedoe over het geld.
     
    Het is best moeilijk om via zelforganisaties deelnemers te vinden. Sleutelfiguren van zelforganisaties hebben het al heel druk. We hebben ook breder geworven. Het project zou na een eerste keer door moeten gaan. Volgens mij moet je dat een aantal jaren doortrekken, anders beklijft het niet. Het was onze bedoeling dat mensen uit de zelforganisaties het stokje van ons zouden overnemen.
    Ik vind het heerlijk om dit in samenwerking met Samenwonen - Samenleven en zelforganisaties te doen, dat is heel stimulerend. Hele verschillende clubs versterken elkaar zo.
     
    Laatste nieuws: De cursus is inmiddels gestart.
  • 5x meer allochtone ouderen met dementie!

     

    Interview met Nienke van Wezel – Alzheimer Nederland
     
    Het aantal allochtonen met dementie stijgt vijf keer zo snel als het aantal autochtonen met dementie, volgens Alzheimer Nederland. In 2020 zal 11% van
    het aantal mensen met dementie van allochtone afkomst zijn. Het overgrote deel van hen zal verzorgd worden door familieleden. Mantelzorgondersteuning
    is namelijk bij uitstek een hulpvoorziening die de niet-westerse zorgvrager in staat stelt langer zorg te verlenen volgens de eigen tradities. Het toerusten
    van allochtone mantelzorgers van dementerenden wordt daarmee een uiterst belangrijke zaak.
    Een gesprek met Nienke van Wezel van Alzheimer Nederland.
     
    “Zorgen voor iemand met dementie is natuurlijk wezenlijk anders dan gewoon zorgen voor een ouder wordend familielid. Het is een ziekte met een enorme impact. Het is meer dan alleen vergeetachtigheid, het is meer dan ‘moeder wordt ouder en dit is normaal’. En het is een relatief lange ziekte, waarbij de laatste paar jaar de zorg vaak 24 uur zal zijn. Het is mooi als je een zorgtraditie hebt, die je voor je ouders nog heel graag wilt vervullen. Maar die zorgtraditie bereidt je niet voor op 24 uur zorg voor iemand die jou niet meer herkent. Dat is een heel ander aspect en daar komt meer bij kijken. Dan heb je in ieder geval meer ondersteuning nodig. En of dat nou door de eigen familie gedaan wordt, of door hulpverlening, dat laat ik open, dat is aan iedereen zelf.
     
    Wat ik belangrijk vind is dat duidelijk wordt dat het een ziekte is die je als gemeenschap moet dragen. Het is een ziekte die al zorgt voor een isolement, maar als dat ook nog eens niet besproken kan worden in een bepaalde gemeenschap en mensen vanuit de eigen familie emotioneel geen steun ondervinden, door onwetendheid en moeite in het omgaan met deze ziekte, dan zorgt dat voor een hele zware zorgsituatie, waarbij ik me echt zorgen maak over de belasting van die mantelzorgers.
     
    Als je naar dementie kijkt dan zie een gezondheidsramp die er aan zit te komen, qua aantallen ouderen. Maar als je kijkt naar de aantallen ouderen onder migranten die dementie krijgen dan zie je dat de piek voor oudere migranten in 2020 ligt in plaats van 2040 voor autochtone ouderen. Dat betekent dat we nog acht jaar hebben om het gat in informatievoorziening over deze ziekte naar deze mensen zo goed mogelijk te dichten.
    Als er een beroep op mij wordt gedaan, kom ik graag als gastdocent in AMWAHT-groepen. Docenten van een AMWAHT-groep kunnen hiervoor Alzheimer Nederland benaderen. Ik vind het wezenlijk dat als je voorlichting geeft, je niet nog meer vragen oproept, zeker niet over deze ziekte, want het maakt mensen al heel erg onzeker. Het is mijn ervaring dat als je voorlichting geeft aan groepen dat ze niet zozeer vragen hebben over de omgang met dementerenden maar dat ze vooral willen weten wat dementie eigenlijk is. De kennis over deze ziekte, daar komen de meeste vragen over. 90% gaat over kennis, inzicht en het ziekteproces. Het is belangrijk om aan te geven dat het niets te maken heeft met een leefstijl van vroeger, dat het gewoon een ziekte is die je kan overkomen. AMWAHT docenten kunnen allerlei materiaal aanvragen via de site van Alzheimer Nederland. Bijvoorbeeld DVD’s. We hebben nu een DVD, een interview met een Turkse meneer die Alzheimer heeft, en met zijn gezin. Die DVD heet ‘Meneer Bahtiyar’. Ook een goede DVD is ‘Meer dan vergeten’. Die is in meerdere talen beschikbaar. En ‘Waar is de deur?’. We hebben ontzettend veel materialen, ook vertaald in het Turks en het Arabisch.
     
    Ik wil nog wel even zeggen dat ik eigenlijk heel trots op migranten ben dat ze de dialoog over dementie aangaan in de culturen, dat die onbekendheid een stuk minder wordt. Toch wordt nog vaak ontkend. Dat komt soms ook omdat ze iemand rustig en met respect over willen laten gaan naar de hemel. Dat betekent ook dat ze een bepaalde ziekte nooit zullen adresseren. En dat is met dementie ook het geval, de familie wil er voor zorgen dat de persoon met dementie zich geen zorgen maakt, niet verdrietig wordt. Daarom is er een grote mate van ontkenning bij deze ziekte”.
     
    Nienke heeft een volledige baan bij Alzheimer Nederland. Daarnaast is ze bezig met een promotieonderzoek naar mantelzorg en dementie. Ze hoopt in 2014 of 2015 te promoveren.
  • Mijn moeder zei altijd ‘meisje zorg dat je je broek op kan houden’

    Interview met producent Karin de Roo, Markant Amsterdam

    In Amsterdam vervult Markant, Centrum voor Mantelzorg en Expertisecentrum Mantelzorgondersteuning, een opmerkelijk rol in AMWAHT Plus. Markant heeft de producentenrol in drie stadsdelen (Centrum, Nieuw West en Zuidoost). Een gesprek met manager Karin de Roo.
     
    “Ik kwam in aanraking met AMWAHT Plus In Nieuw West. Ik had een gesprek met Helga van Leeuwen, beleidsmedewerker in dat stadsdeel. Zij zei ‘ik zou graag een AMWAHTopleiding hebben in Nieuw West, maar ik wil dat Markant dat gaat doen’. Ik vroeg me in eerste instantie af wat dat opstarten van de opleiding dan allemaal inhoudt. We hebben er over gesproken dat er trainingen zijn voor producenten en docenten. En er waren binnen Markant een heleboel gegadigden die heel graag een training wilden gaan doen. Dus ik heb nu vier trainers die de docentencursus hebben gedaan. Sommigen wilden het zo graag dat ze het in hun eigen tijd hebben gedaan en dat geeft wel aan dat de animo groot is. En ik vind het prachtig om zo’n kansarme groep als allochtone mantelzorgers naar werk te leiden.
     
    Wat ik van huis heb meegekregen, wat mijn moeder altijd zei: ‘meisje, zorg dat je je eigen broek op kan houden, dan ligt de weg voor je open je kan dan alle beslissingen die je neemt vanuit jezelf nemen, wat je wilt en wat je voelt, dan ben je van niemand afhankelijk’. En dat vind ik ook heel belangrijk. Dat geeft je een vrijheid. En wat ik toch bij een heleboel doelgroepen zie, zeker deze groep die AMWAHT gaat doen, die hebben die vrijheid niet. Maar dit is wel stap één. En wat ik hoor is dat uit de intakegesprekken ook blijkt dat dit ook is dit wat ze willen. Ze willen een perspectief, ja. Vanuit dat oogpunt vind ik AMWAHT echt prachtig.
     
    En daarom wil ik ook naar de Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling, met de vraag of we dit niet stadsbreed kunnen gaan uitzetten in 2013. Want als de werving specifiek in één stadsdeel is, is dat best lastig. Vooral als je de groep gemêleerd wil hebben. Als je de opleiding stadsbreed maakt, kun je hem op verschillende locaties en op verschillende dagen doen en dan is het voor een aantal mensen makkelijker om in te stromen. En als je nu ook ziet: iemand die doet mee en die zegt “ik ken iemand en die wil ook, maar die woont in een ander stadsdeel”, dan moet je ‘nee’ zeggen; en dat is best wel lastig. Zeker ook omdat het een groep lijkt te zijn die moeilijk te benaderen is, die zitten echt thuis; het zijn geen vrouwen die ook een actief sociaal leven hebben.
     
    Ik had vorige week een gesprek met iemand die werkt voor de Raad van Bestuur van Welzijnsorganisatie Cordaan. Die zei “die AMWAHT-cursisten worden weliswaar opgeleid als groepswerker, maar ze kunnen na de cursus ook bij ons instromen als hulp in de huishouding. Er zullen een aantal zijn die zeggen ‘hulp in de huishouding, dat was niet echt mijn bedoeling’, maar dan heb je wel intern weer een opleidingstraject tot verzorgende. En het zijn al verzorgenden eigenlijk”. Ik weet zeker dat DMO er wel oren naar heeft, zeker als ik zeg dat ik Cordaan achter me heb staan. Cordaan moet van DMO ook kansarmen een kans bieden. En Cordaan ziet een mogelijkheid om dat, via ons, te doen met AMWAHT Plus”.

     

  • AMWAHT een schot in de roos

    Wervingsfolder NijmegenInterview met producent Conny van der Aalsvoort, SWON, Nijmegen
     
    “Wij zijn een ouderenwerkorganisatie en we hebben sinds twee jaar ook het coördinatiepunt mantelzorgondersteuning onder ons, als dienst.
    Niet alleen voor oudere mantelzorgers of mantelzorgers voor ouderen, maar mantelzorgers algemeen in Nijmegen. We houden ons ook bezig met de regie van de mantelzorgondersteuning in de stad. En daar past dit project heel goed binnen.
     
    Voor mij was AMWAHT Plus een schot in de roos. Wij waren aan het nadenken hoe wij allochtone mantelzorgers beter konden bereiken en ondersteunen. En we zochten naar een manier waarin we dat konden vormgeven en waarmee we mantelzorg en de dilemma’s die dat oproept meer bespreekbaar konden maken binnen de verschillende gemeenschappen. En AMWAHT Plus raakte die verschillende kanten.
     
    De cursus voor producenten was nuttig, want het blijft moeilijk om te snappen: wat is nou precies het doel? Omdat het verschillende doelen heeft. Voordat je er genoeg in thuis bent om lokaal je eigen partijen er over te kunnen informeren, heb je tijd nodig en daar waren die dagen voor de producenten heel zinvol voor. En natuurlijk om elkaar te stimuleren en te enthousiasmeren.
     
    We hebben een aantal partners gezocht om dit idee in Nijmegen samen op te pakken en iedereen reageert er heel erg enthousiast op. Vooral ook omdat het een methodiek is die al is uitgeprobeerd en producten heeft opgeleverd. Er is al een scholingsprogramma en er zijn allerlei ervaringen opgedaan. Daarom is het voor ons een hele makkelijke manier om dit op te pakken, je hoeft niks meer zelf te ontwikkelen. Of ik nou gesprekken heb met mogelijke partners om het uit te voeren, of met instellingen om stageplaatsen te organiseren, of met organisaties die misschien allochtone mantelzorgers kennen, of allochtone mantelzorgers zelf, iedereen is heel positief en wil graag een bijdrage leveren en ziet ook dat het nodig is.
     
    We zijn eind september gestart. Voor mij kwam het in een flow, dat het min of meer vanzelf ging. Ook de financiering was heel snel rond. Het grootste deel financiert SWON zelf en een deel komt van een fonds uit de regio, het Terra Fonds. De gemeente was enthousiast en wilde ook een bijdrage leveren. En dat toont aan dat het het goede moment is, dat het voldoet aan een behoefte; alles komt bij elkaar. Niks leuker dan meewerken aan een project dat makkelijk en goed verloopt!
     
    De werving doen we samen met het Internationaal Vrouwencentrum en met Het Inter-lokaal en hebben we eigenlijk al achter de rug. We zijn daar voor de zomer mee begonnen. Met een flyer maken en verspreiden en heel veel instellingen en contactpersonen daarvan op de hoogte brengen. We hadden voor de zomer al meer dan twintig belangstellenden. We hebben afgelopen week nog een voorlichtingsbijeenkomst gehad en daarvoor ook nog een persbericht in de plaatselijke krant laten zetten. En dat heeft ook weer heel veel telefoontjes opgeleverd. Dus we hebben met meer dan dertig mensen contact gehad hierover. We merken wel dat er in de praktijk ook weer mensen afvallen. In de intakegesprekken blijkt pas of iemand geschikt is. Ik heb ook al een aantal stageplaatsen. Heel veel instellingen zien er mogelijkheden in om iets wat ze zelf al van plan waren hiermee uit te voeren, of zien het als een hele goede kans op dit nu eens eindelijk aandacht te kunnen geven. Ik probeer een diversiteit aan stage-organisaties te krijgen, zowel organisaties die voor mensen met een beperking werken, als organisaties die met ouderen werken, als voor organisaties die werken in de wijk. Zodat je variatie krijgt en daarbij koppels kunt plaatsen.
     
    Wat ik zelf heel leuk vind om te merken bij de promotie van de opleiding en de reacties op het persbericht is dat ik zie dat de behoefte groot is en dat elke stap die je zet een moment is om het thema onder de aandacht te brengen en bespreekbaar te maken. Dus dat je je niet moet vergissen dat al die kleine stapjes die je zet voordat de opleiding er is, allemaal ook hun waarde hebben”.

     

  • De toekomst ligt in de samenwerking tussen informele en formele zorg

    Interview met beleidsadviseur Erna van Dijk, Zwolle
     
    “De Integratieraad in Zwolle vroeg om meer aandacht voor allochtone mantelzorgers. En er lag al langer de vraag van mantelzorgers zelf om meer lotgenotengroepen. Dus ik ben al langer aan het denken over hoe we de mantelzorgondersteuning kunnen versterken. Daarbij komt nog dat er gemeentelijk niet meer structureel geld bijkomt, zodat het niet mogelijk is om nog meer consulenten te werven. En toen kwam AMWAHT Plus precies op het goede moment, waarmee je èn lotgenotengroepen in het leven roept en ook nog eens de ondersteuning van mantelzorgers kunt versterken.
    Vervolgens hebben we een gesprek gehad met de Vrijwilligers Centrale om te kijken of het ook in hun ideeën paste en of ze er wat mee konden. Zij hebben besloten om een docent deel te laten nemen aan die cursus van BMP. Toen is de zaak verder gaan rollen. Het college moest een bedrag beschikbaar stellen en dat hebben ze kort geleden gedaan.
     
    We hebben wel besloten dat die opleiding niet alleen beschikbaar komt voor allochtone mantelzorgers, maar dat we juist ook de verbreding willen zoeken met autochtone mantelzorgers. Dat heeft twee redenen. Autochtone en allochtone mantelzorgers kunnen elkaar ook versterken. Dat ze elkaar kunnen beïnvloeden, op een positieve manier wat aan elkaar kunnen hebben. Het zou niet uit moeten maken of je autochtoon of allochtoon bent, als je behoefte hebt aan ondersteuning dan moet dat kunnen. We zijn
    heel benieuwd.
     
    Ik verwacht dat de AMWAHT-opleiding gaat werken. Dat betekent wel dat zowel de gemeente als de Integratieraad en de Vrijwilligers Centrale er hard aan moeten trekken om het een succes te laten worden. Want ik denk dat als je aan mensen vraagt om langere tijd vrijwillig deel te nemen aan een opleiding, dat dat nogal wat is. Je zou de nadruk moeten leggen op het investeren in mensen wat je doet en de competenties die zij er mee kunnen ontwikkelen. Als je daar het accent op legt, moet het volgens mij gaan lukken.
    Ondersteuning van mantelzorg is een speerpunt in Zwolle. We proberen er een goede vorm aan te geven, ook omdat ik van mening ben dat de toekomst van de zorg ligt in een goede samenwerking en een goed samenspel van formele en informele zorg. Maar dat houdt wel in dat je de informele zorg moet ondersteunen, moet equiperen daarvoor”.

Pagina's