Lucia is in Ghana geboren en komt uit een christelijk gezin van 10 kinderen. Haar moeder was een huisvrouw en haar vader was een rijke ondernemer. Lucia’s ouders scheidden van elkaar toen zij een tienermeisje was.
Toen moeder verhuisde, gingen vijf broers en zussen bij haar wonen en bleven de andere vijf, waaronder ik, bij mijn vader wonen. Mijn moeder raadde aan om bij mijn vader te blijven wonen, omdat hij mijn studie kon betalen. Mijn vader hertrouwde in deze periode, dus kregen we er een stiefmoeder bij.
In mijn familie was het geloof heel belangrijk. Ik kreeg altijd van mijn vader mee om tot God te blijven bidden en iedere zondag naar de kerk te gaan. Ik mocht vroeger niet uitgaan of laat thuiskomen. Ook mocht ik geen vriendje hebben. Ik ben blij dat ik zo ben opgevoed. Tegenwoordig mag een kind van 15 een vriendje hebben en raken meiden van 16 zwanger. Teveel vrijheid is nooit goed.
Ik heb in Ghana gestudeerd voor boekhouder, maar in 1980 ben ik naar Nederland gekomen, omdat ik het hier financieel beter zou hebben. Ik leerde de Nederlandse taal op school en werkte daarnaast als schoonmaakster in het ziekenhuis. Sinds ik in Nederland ben, ervaar ik dat er duidelijk onderscheid wordt gemaakt tussen verschillende culturen. Iedereen heeft z’n eigen eilandje. Mensen kijken ook raar naar mij vanwege mijn donkere huidskleur. Toch doe ik alsof dat mij niets doet, anders gaan zij denken dat zij over je heen kunnen lopen. Dat zeg ik ook tegen mijn kinderen.
Ik ben alleenstaande moeder. Ik vind het belangrijk dat ik mijn kinderen de juiste opvoeding geef. Dat is niet makkelijk, omdat de omgeving de opvoeding negatief kan belnvloeden. Vooral hangjongeren. Ik zeg altijd tegen mijn kinderen dat ik niet wil dat zij zoals die hangjongeren worden en dat zij nooit hun dromen en doelen die ze willen bereiken, moeten opgeven.
vrijdag 6 maart 2015