Hard werken werpt vruchten af
Samira is 49 jaar oud. Zij is in Marokko opgegroeid, op het platteland. Haar ouders waren rijke boeren. Samira ging niet naar school en hoefde ook niet te werken. Op 17-jarige leeftijd huwelijkten haar ouders haar uit aan een man die naar Nederland was geëmigreerd, zodat Samira in Nederland een welvarend bestaan kon blijven leiden.
Ik vertrok in 1982 met mijn man naar Nederland. Wij gingen bij mijn schoonfamilie wonen. In het begin had ik heimwee naar mijn ouderlijk huis, maar ik wist me staande te houden. Mijn moeder heeft me immers meegegeven een sterke vrouw te zijn en overal geduld mee te hebben.
Kort nadat mijn man en ik waren verhuisd, kreeg mijn man een ongeluk op zijn werk en werd hij arbeidsongeschikt. Wij hadden toen twee kinderen. Na de bevalling van mijn derde kind in 1993, scheidde ik van mijn man. Toen ging ik werken in het ziekenhuis en leerde ik Nederlands op school. Helaas stopte ik na een jaar met mijn lessen, omdat ik die moeilijk kon combineren met mijn verantwoordelijkheden. Ik moest immers het huishouden doen, in mijn eentje mijn kinderen opvoeden en daarnaast werken om brood op tafel te krijgen.
Mijn werk zag ik niet alleen als inkomstenbron, maar ook als afleiding. Ik vond het zwaar om overal alleen voor te staan. Toch bleef ik sterk voor mijn kinderen. Ik wilde dat zij niets tekort kwamen. Door mijn harde werken kon ik mijn kinderen goed onderhouden en ieder jaar met hen naar Marokko gaan om familie te bezoeken.
In 2011 ben ik gestopt met werken, doordat ik last kreeg van mijn hand. Ik heb nu een uitkering. Voor mij heeft het sowieso geen nut meer om te werken, omdat mijn kinderen nu oud genoeg zijn om zelf te werken en zichzelf te onderhouden. Ik heb mijn plicht volbracht.
vrijdag 6 maart 2015