9 december 2014

Auteur: 
Tessa Dikker

 

 

Opening van de fototentoonstelling

Ik draag helemaal geen bril

De foto’s die we van elkaar maakten tijdens de fotografieworkshop gegeven door fotografe Dorette (tevens deelnemer van de kerngroep Wijkacademie Opvoeden Amsterdam Oost), presenteerden we eerder tijdens onze officiële installatie door Nevin Ozotuk op 3 juli in de Meevaart.

Op die dag ontstond het idee om ‘nog iets’ met de foto’s te doen: om bekendheid te genereren in de buurt waardoor meer ouders kunnen zich kunnen aansluiten bij de Wijkacademie Opvoeden. Maar ook om blijvend mensen te inspireren om het gesprek over opvoeden met elkaar aan te gaan.

Vijf maanden later vind ik mezelf vanaf de tramhalte op de Lineusstraat ‘hoger’ en ‘lager’ roepend naar Dorette die de portretten van zeven kerngroepleden van de Wijkacademie Opvoeden in de Kunsthekken aan het Oosterpark ophangt. Ik betrek de vier wachtende heren in het tramhokje erbij en vertel ze dat ik mijn bril niet bij me heb. Weten zij veel dat ik helemaal geen bril draag maar ervoor kies mij ‘kwestbaar’ neer te zetten in de overtuiging dat ik dan eerder geholpen word. Zuiver of niet, voor ik het weet staan we met z’n vijven te roepen en te gebaren naar Dorette die aan de andere kant van de straat de portretten recht hangt. 

 
 
 

Thee, koffie, salty sticks en een donkerrood tafellaken

Ik ren tussendoor nog even naar het Karel Appelhuis waar iedereen trots binnenkomt met door aluminium omhulde schalen. Het ruikt goed. Onze vogelaar heeft voor de gelegenheid heel toepasselijk gevulde eieren gemaakt. Er volgt een kleine briefing, we krijgen allemaal een naamsticker opgeplakt. Met z’n allen lopen we met kannen thee en koffie, salty sticks en gezellige kartonnen bekertjes naar de ingang van het Oosterpark, naar de kunsthekken van Dorette.

Het ziet er heel gezellig uit nu Dorette de door haar meegebrachte biertafel gedekt heeft met een donkerrood tafelkleed. Er staat warme chocolademelk klaar. Ik deel wat bekertjes uit en onze eerste gasten arriveren. Ook Jos Zandvliet en Septima komen aangefietst en er ontstaat een glimlach op mijn gezicht als ik zie dat Jos niet alleen zijn banjo maar ook een vuur korf bij zich draagt.

Binnen no time kan het feest beginnen want is het vuur aan. Wat dit uiteindelijk zou betekenen wisten we toen nog niet. 

 

 

Bezoek van de protestantse diaconie

Als een goed geoliede pr machine delen een aantal van de ouders van de Wijkacademie flyers uit aan voorbijgangers. Voetgangers en fietsers worden uitgenodigd om met ons een glaasje warme chocomelk te drinken en hun wens kerstwens op te schrijven. Of om gewoon even met ons te babbelen. En dat allemaal op de muzikale begeleiding van Septimia en Jos, die rond de vuurkorf staan en samen met ouders en andere betrokkenen mooie liederen zingen. Peter van de Protestantse Diaconie tegenover de kunsthekken komt langs en drinkt een appelsapje mee. Hij blijft een hele poos praten met een aantal van onze ouders en bij zijn vertrek geeft hij een kaartje en zegt binnenkort wel een keertje op bezoek te willen komen, want wie weet waar we elkaar kunnen versterken. Fantastisch.

Iedereen is enthousiast en als na vijfenveertig minuten alle chocolademelk op is, we een hele hoop nieuwe wensen en zelfs drie potentiële nieuwe deelnemers voor de Wijkacademie Opvoeden verzameld hebben besluiten we een einde te maken aan de flitsopening. Het zou immers slechts een flitsopening zijn.

Met het laatste restje water in mijn spa blauw flesje doven we het vuur en de meesten gaan vast richting het Karel Appelhuis.

 

15 dronken mensen die een fikkie staan te stoken

Dorette, Roelien, Clay en ik blijven nog even opruimen. Dan staat er plotseling een politiewagen op de stoep. Een man en vrouw stappen uit: “Wat is hier aan allemaal aan de hand?” kinkt er.
Dorette vertelt dat er net een opening is geweest. “We kregen net een melding dat er hier 15 dronken mensen een fikkie aan het stoken zijn”. Mijn mond valt open, “wij zijn van de Wijkacademie Opvoeden” stamel ik op haast dramatische toon. Roelien neemt de vrouwelijke agente mee langs de fotoportretten en vertelt wat de wijkacademie doet. “De wijkagent weet ervan hoor!” voegt Dorette ook nog toe.
En we vertellen voorts dat er ook mensen van het stadsdeel aanwezig waren vanavond. De agent begint een beetje beschamend te lachen en vertelt dat hij toch nog even een naam moet noteren. Dat hoort nou eenmaal bij het protocol. Ik laat mijn rijbewijs zien. “Als ik nu maar geen strafblad krijg nu” fluister ik in het oor van Jos.
De politie wagen sjeest weer weg en laat ons een beetje ontsteld achter. Ik weet niet zo goed wat ik moet denken. Aan de ene kant lijkt het op de grap van de eeuw dat je daar als Wijkacademie Opvoeden je stinkende best staat te doen om iets goeds te doen voor de buurt en dan bijna opgepakt wordt. Tegelijkertijd zegt het ook wel heel veel over hoe de buurt (en misschien wel de maatschappij) er aan toe is: argwanend en van het slechtste uitgaand.
Maar we kiezen ervoor om te lachen en lopen naar het Karel Appelhuis om de anderen het nieuws te vertellen.

  

Wilt u even poseren?

Iedereen begint te giechelen zodra ze het politie avontuur horen. “Jammer dat er geen foto’s van zijn”. Daar ben ik het mee eens, maar ik wist niet zo goed hoe ik dat had moeten organiseren: “eh, wilt u heel even poseren, dit is wel heel grappig voor mijn blog namelijk”. Nagenietend van de opening beginnen we aan het buffet. Naast de gevulde eieren zijn er loempia’s en verschillende cous cous en bulghur salades. Iedereen heeft goed zijn of haar best gedaan en de recepten worden uitgewisseld.

Zelf ben ik best onder de indruk van de lijst met projecten die we gaan uitvoeren. Voordat iedereen binnenkomt hang ik deze muur, naast het portret van Karel Appel.

De stagiaire van Dream Support knikt geïmponeerd als ze ‘m heeft doorgenomen. “Jawel”, zeg ik plechtig. Terwijl we zitten te eten en elkaar complimenten geven over de cous-cous, bulghur en loempia’s, nemen we de projeten door. Het is geweldig om te zien hoe enthousiast iedereen is over het eigen project maar ook over de hulp die ze van andere ouders krijgen. “Dorette kent alles en iedereen en heeft prachtige stickers laten drukken” zegt Wim bijvoorbeeld. Ook is het mooi om te zien hoe iedereen de rol van ambassadeur van de wijkacademie steeds duidelijker op zich neemt en hoe iedereen een onderscheidende rol invult. “Ik raak steeds meer betrokken bij de jongeren in de buurt” vertelt Roelien. “Dan word ik savonds gebeld…of ik even mee wil naar een vergadering. Nou, dan gaat de pizza weer de oven uit en zit ik even later achterop de brommer richting het stadsdeel”.  Wim praat ons bij over zijn vogelroute en we sparren met z’n allen verder over hoe de speurtocht nog groter uitgerold kan worden, over wat de ideale begintijd zou moeten zijn en of de ouders ook een pannenkoek zouden moeten krijgen.

Dorette geeft aan dat het fotografie project op de Dappermarkt nog wel wat voeten in de aarde heeft: het is best lastig binnenkomen: “De meeste marktkoopmannen komen van ver, ze hebben niets met de buurt!”. Om hen dan toch bij een buurtproject te betrekken is lastig. “We moeten dat dan anders insteken” zegt Sevda. Zij en Alida kennen veel marktkoopmannen en kunnen hier wellicht wat betekenen. Ze worden aan het ‘marktgroepje’ toegevoegd. Ook Jos en Hanne sluiten zich aan en we zijn voornemens om het fotografie project met het concept van ‘vreedzaamheid’ te verbinden.

Glossy en Tante Toos

Ook het Glossy project wordt besproken. Iedereen wil hier aan meewerken en vanuit ieders invalshoek of expertise moet dit een prachtig product worden. “Tante Toos moet ook gebeuren!” zegt Dorette. We blikken terug op de bijeenkomst waarop bleek dat wel drie aanwezigen een Tante Toos bleken te hebben. “Ik meen me opeens te herinneren dat het Tante Toos is geweest die mij geleerd heeft om gevulde eieren te maken” zegt Wim. Het Tante Toos project raakt het hart van de pedagogische civil society: Tante Toos is van iedereen en voedt iedereen op. Verschillende invalshoeken komen langs: “Wie is jouw tante Toos?”, “wat is het belang van tante Toos” en “wiens tante Toos ben jij”. “Gaan we dan niet voorbij aan de mannelijke kant?”. We beslissen later of het ‘Tante Toos en Oom Mohammed” zullen noemen.

 

Het is alweer tijd. Ruim over tijd eigenlijk. Maar er was ook zoveel om over te praten en om over verder te dromen. Jos zegt dat hij nu al met veel binnenpret vooruitkijkt naar alles wat er gaat gebeuren. Iedereen knikt instemmend en Clay geeft aan dat hij eigenlijk niet kan vertellen hoe opgetogen hij is over de wijkacademie: “Ik ben erg blij dat we drie jaar lang hebben gewerkt aan Landelijke Oudergroep en dat dat is uitgemond in een Wijkacademie Opvoeden. Ik kan niet vertellen hoe blij ik daarmee ben. Ik zit zelden zonder woorden maar ik vind het erg fijn om mee te maken”. We glimlachen. “En we zijn ook echt familie geworden!” concludeert Zohra.

En dat zijn we. Hanne en ik ruimen de laatste bordjes op als iedereen weg is. We knikken elkaar bemoedigend toe. Zo van: “was weer mooi” en “jetzt gehts los”. Er staat veel op stapel. En iedereen heeft zin. Vanaf januari hebben we versterking van een aantal nieuwe ouders. Daar kijken we naar uit, zeker nu steeds duidelijker wordt dat elke ouder zich op een andere manier weet in te zetten voor de wijkacademie. Wie weet wat de nieuwe ouders allemaal nog mee kunnen brengen aan netwerk en expertise! Iedereen is langzaam in zijn of haar rol gegroeid en ik kan me voorstellen dat als dit de ‘toon’ is, de nieuwe ouders zich ook snel een positie zullen toe-eigenen. In de kerstvakantie denkt iedereen voort over de eigen projecten en ondertussen verzamelen we kerstwensen voor de kunsthek tentoonstelling.

Wat een prachtproject.